Elfstedentocht 1963
Enquête S.Kamp
Naam: Sjoerd Kamp
Woonplaats:Laan van Orden 158, Apeldoorn
Leeftijd: 27
Beroep: wachtmeester bij de Koninklijke Marechaussee
Starttijd: 6.45 uur
Finish: 22.30 uur
Rijtijd: 15.45 uur
Ook in 1956 stond wachtmeester Kamp aan de start van de Elfstedentocht. Hij haalde toen zijn eerste kruisje. Hij had zich in 1963 voorbereid door op eigen gelegenheid tochten van 30 tot 60 kilometer te mkaen. Hij schaatste op hoge noren en was pas om 14.20 uur in Bolsward. Daarmee was hij van de 69 uitrijders de laatste die daar passeerde, maar daarna ging zijn tempo flink omhoog. Om 18.35 uur was hij al in Bartlehiem. Tussen Bartlehiem en de Grote Wielen kreeg hij een beetje last van sneeuwblindheid, maar ernstig was het niet. Kort na de finish had hij er geen last meer van. Na vier dagen was hij weer volledig hersteld en deed hij weer mee aan een schaatswedstrijd, die voor de marechaussee werd georganiseerd.
De reacties op zijn prestatie waren zeer enthousiast. 'Mijn collega's waren er erg mee ingenomen, dat ik de toch tot een goed einde had gebracht. Net als mijn commandanten en mijn vrouw was erg trots op me,' schreef hij.
Er waren maar zeven militairen van de honderden die hadden ingeschreven, die de tocht volbrachte. Zij werden op het militair hoofdkwartier in Den Haag door de generale staf ontvangen en kregen een paar dagen prestatieverlof. Henk Gemser, die als sportinstructeur in dienst zat, was bij deze huldiging afwezig.
Over zijn ervaringen schreef Sjoerd Kamp:
Veel leuke dingen heb ik deze Elfstedentocht niet meegemaakt. Toch wil ik wel enige dingen vertellen die mij ook deze tocht zijn opgevallen. Als je zo over de banen rijdt door het Friese landschap en je komt door de dorpjes staan de mensen langs de ijskant om je toe te juichen en zodanig weer een hart onder de riem te steken. Als je zon gehele dag op de schaats staat is het enige waar ik naar verlang: DRINKEN.
Nu gebeurde mij in Bolsward het volgende.
Ik kwam Bolsward binnenrijden en zag daar een mevrouw met een thermosfles koffie staan. Ik verging van de dorst en ging dus naar haar toe en vroeg haar of ik misschien een slokje koffie van haar kon krijgen. Zij voegde mij toe: 'Dit is alleen voor mijn eigen kennissen en niet voor jou.'
Wat ik toen gedacht heb zal ik maar niet zeggen, maar het was niet veel goeds. Het laatste stuk van Oudkerk tot Grote Wielen vond ik wel het ergst van alles. Dat stuk heb ik met mijn elfsteden makker P. Zijlstra uit Rinsumageest samen afgelegd. Wij waren bang dat we niet op tijd binnen zouden komen en hebben het grootste gedeelte in de looppas afgelegd, met zo nu en dan nog een paar haaltjes op de schaats, waar dat nog mogelijk was.