Elfstedentocht 1963

Enquête J.Sijtsma

Naam: Jan Sijtsma
Woonplaats: Surinamestraat 1B, Leeuwarden
Leeftijd: 27
Beroep: Bouwkundig opzichter-tekenaar
Starttijd: 5.45 uur
Finish: 22.00 uur
Rijtijd: 16.15 uur

Het Elfstedendebuut van Jan Sijtsma vond plaats toen hij 27 jaar was. Hij was toen bouwkundig opzichter en tekenaar. Op de Elfstedentocht van '63 bereidde hij zich voor via de Elfgemeententocht en een week voor de start ging hij elke avond naar de ijsbaan. Jan was een prima kaatser. Hij was lid van de club in Huizum en behaalde al in 1957 een topsucces toen hij op het beroemde Sjûkelan van Franeker tijdens de P.C. tot koning werd gekozen. Hij was opslager.

In de Elfstedentocht reed hij op noren. Omstreeks één uur kwam hij in Bolsward en vijf uur later passeerde hij Barthlehiem. Hij had ingeschreven omdat hij de sfeer wilde proeven. Niet op de wal, maar op het ijs. Hij had niet de intentie om zich finaal stuk te rijden en dat gebeurde ook niet. Na zijn zestien uur durende monstertocht stapte hij nog fit van het ijs. Ondanks een zware inzinkingen bij Bolsward. Lichamelijke ongemakken waren hem ook bespaard gebleven.

Hij schreef aan George Schweigmann:
Bij de start viel me het grote enthousiasme van de deelnemers, en publiek, op. Iedereen praatte tegen iedereen.  (’t zou later op de dag wel anders worden).

In Sneek schoot ik in de lach (ik kon toen nog lachen). Bij een lage brug maakte een van de toeschouwers de opmerking toen ik er onder door wou: 'Dit wurdt in hiele toer ouwe.' Het leek in Sneek zeker al bar met de tochtrijders.

Daar ik alleen reed had ik de eerste helft van de tocht niet veel contact met de mede deelnemers. Tussen Workum en Bolsward kreeg ik een inzinking en was sterk van plan in Bolsward op te geven. Toen ik echter in Bolsward kwam was de vermoeidheid plotseling verdwenen. Dit zeer waarschijnlijk mede doordat ik in Bolsward bekenden zag. Na Bolsward ben ik ongeveer tot Berlicum met drie man opgereden. In Berlicum werden we ingehaald door een grote groep toerrijders en enkele wedstrijdrijders. Hiermee zijn we opgereden tot Bartlehiem.

In Birdaard kregen we de opmerking 'Jimme lijkje wol gek' te verwerken. Hier kon ik echter nog om glimlachen want ik voelde me helemaal niet gek. Trouwens geen haar op m’n hoofd dacht eraan dat er zo velen al opgegeven hadden. Vanaf Dokkum ging het zalig voor de wind naar Bartlehiem terug. Vanaf Barlehiem naar de Grote Wielen was zwaar en over dit gedeelte en over de kwaliteit van de sneeuw hier is genoeg geschreven.

Het kopje koffie in de Wielen was heerlijk en dan niet te vergeten de bus die ons naar de Beurs bracht: een druk op de knop en je lag als te zonnebaden.

 

Bovenkant van de pagina