Toertochten vóór de Tweede Wereldoorlog

 

De geschiedenis van de Merentochten begon in 1938 heel klein met een eigenlijk onofficiële tocht met ongeveer twintig deelnemers, omdat de officiële tocht vanwege de barre weersomstandigheden was afgelast.

Begin 1940, dus voor de Tweede Wereldoorlog, die voor Nederland in mei 1940 begon, zijn er toertochten georganiseerd.

Onder leiding van de districtscommesarissen te Ter Aar en te Nieuwkoop van de Zuid-Hollandse IJsbond werd met medewerking van de ijsclubs te Ter Aar, Nieuwkoop en Rijnswoude een rondrit georganiseerd van ongeveer 60km. Deze rondrit 'Drie Meren Tocht per schaats' vond plaats op 12 januari 1940 met ca. 150 deelnemers.
Op 17 februari 1940 werd nogmaals deze rondrit georganiseerd.  Er was een lange tocht van 50km en een korte van 35km.
Aan de tocht namen ongeveer 3000 schaatsers deel.
Van deze twee tochten zijn geen medailles van bekend. De deelnemers ontvingen wel een bewijs van deelname.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Op 14 januari 1940 vond de 3-Meren-Toeristen Tocht plaats. Deze 50km lange tocht voerde over de Westeinder, De Brasem en De Kaag.
De organisatie was georganiseerd door de IJsbond Hollands Noorderkwartier in samenwerking met de Zuid-Hollandse IJsbond.
De initiatiefnemers kwamen uit Aalsmeer. Er waren zo'n 1700 deelnemers waarvan er 1516 de tocht uitreden.