Musterbuch von Fritz Wolff in Gräfrath bei Solingen

Ca. 1860-1870

Auteur Niko Mulder

Het Deutsches Klingenmuseum in Solingen bezit niet alleen een prachtige collectie messen, zwaarden en degens, maar ook een indrukwekkende verzameling handelscatalogi. In sommige van deze oude staalboeken staan schaatsen afgebeeld en misschien wel de mooiste daarvan is het Musterbuch von Fritz Wolff in Gräfrath bei Solingen.

Afb. 1: omslag
Musterbuch von Fritz Wolff, circa 1860-1870
Collectie Deutsches Klingenmuseum, Solingen. MB: 44
 

Schaatsen sluiten de rij
Het Musterbuch telt 351 pagina’s, waarvan er in de loop der jaren zo’n twintig verloren zijn gegaan. De 53 schaatsen, allemaal met een eigen nummer, staan helemaal achterin op de bladzijden 341 tot en met 351. Het boek is 15,5 cm hoog en 27,5 cm breed, een gunstig formaat om langwerpige voorwerpen zoals messen en schaatsen vrij groot te kunnen afbeelden. De illustraties, zowel steendrukken als staalgravures, zijn handgekleurd.

De schaatsen zijn soms uitgevoerd in verschillende kleuren. Of die kleuren verwijzen naar houtsoorten is niet duidelijk.

Van handelshuis tot productiebedrijf
Fritz Wolff had aanvankelijk uitsluitend een groothandelsfirma, maar richtte in 1865 de Fritz Wolff Stahl- und Eisenwaarenfabrik op. Esser (p. 68) noemt veel uitgevers van handelscatalogi Eisenwahrenhandlung, maar Fritz Wolff beschrijft hij als Stahl- und Eisenwahrenfirma, mogelijk omdat Wolff zowel groothandelaar als producent was?

Welke producten er in eigen beheer werden gemaakt is niet bekend en of de firma zelf schaatsen vervaardigde valt uit het Musterbuch en andere bronnen niet op te maken.

Uiteenlopende datering
Het Klingenmuseum hanteert circa 1850 als periode van ontstaan van het Musterbuch, terwijl Esser het in zijn boek over de schaatsenmakers uit Remscheid aanmerkelijk later dateert: jaren 1869-1871. De drie schaatsen met hakmechanisme (nrs 4038-4040) op pagina 347 bieden hier uitkomst. De firma Eduard Engels is de uitvinder van deze Halbeisenschlittschuh en verkreeg er op 4 augustus 1850 voor vijf jaar patent op. Augustus 1855 is dus de vroegst mogelijke datum van het Musterbuch, tenzij Wolff optrad als vertegenwoordiger van Eduard Engels, maar daar lijkt het niet op. De Halbeisenschlittschuh was een regelrechte sensatie en zou in 1850 en het daaropvolgende decennium zeker een aparte omschrijving hebben gekregen en bovendien veel prominenter zijn afgebeeld in de catalogus dan nu het geval is. In het Musterbuch lijkt de schaats met hakmechanisme echter al een beetje oud nieuws te zijn en onder andere om die reden dateer ik het periode 1860-1870.

Afb. 2: Halbeisenschlittschuh nr. 4040

 

Functie en gebruik
Een peperduur staalboek als dit werd niet in groten getale gemaakt, integendeel. Alleen de handelsreiziger van Wolff bezat een exemplaar waarmee hij langs potentiële afnemers reisde in binnen- en buitenland. Een vereenvoudigde versie ervan, de Lagerkatalog, bleef achter in de fabriek.

Blikvangers
In het Musterbuch zijn de schaatsen met de hoogste nummers het grootst weergegeven. Op pagina 341 tot en met 344 staan er steeds twee op een bladzijde. Vrijwel zeker betreft het hier gangbare of recent uitgebrachte modellen. Puntschaatsen komen het meest voor en die hebben bijna allemaal een lang doorlopende geut (Hohlbahn) in het glijvlak van de schenkel. Eerste conclusie: niet bestemd voor de Nederlandse markt.

links: Afb. 3: Pagina 341 en rechts Afb. 4: Pagina 342

 

De Ordinar Dicker Schlittschuh (nr. 4066) valt op door zijn brede schenkels. Nummer 4074 en 4076 zijn wat dat betreft nog extremer. 4074 heeft niet alleen een geut in het glijvlak, maar ook in de zijkant van de schenkel. De meeste modellen hebben twee of drie riemgaten, maar er zijn er ook met vier, zoals bijvoorbeeld nr. 4076. Deze schaats met hoogoplopende platte krul heeft als bijschrift Bremer Schnellläufer, vermoedelijk omdat hij als tochtschaats is bedoeld.

Op pagina 344 treffen we twee Breinermore aan, de Ordinar (gewone) en de Feine, die is voorzien van het stempel HKS. Dat kan het merkteken zijn van messen- en schaatsenmaker Hans Körner uit Solingen, maar ik denk eerder aan een slimslechte poging om de koper te doen geloven dat het om het merk KHS gaat van Koert Harm Schmidt, de grondlegger van de Breinermoor.

Afb. 5: Pagina 344

 

Diverse Schlittschuhe
Op de daaropvolgende pagina’s worden Diverse Schlittschuhe gepresenteerd, waaronder een blad Holländische, drie bladen englisch Façon en een blad montirte.

Tussen de Hollandse knop- en krulschaatsen bevindt zich no. 4057 met opvallend siersmeedwerk op de punt. Het is opvallend dat Breinermoor no. 4056 ook tot de Hollandse modellen wordt gerekend!

Afb. 6: pagina 346

 

Goedkoop segment?
De Engelse schaatsen op pagina 348 tot en met 350 zijn behoorlijk gevarieerd van uiterlijk, opnieuw een aanwijzing dat we het Musterbuch maar beter later dan 1850 kunnen dateren. Het assortiment bestaat uit vijf puntschaatsen, drie platte krullen, drie halsloze schaatsen en vijf schaatsen met een gesloten krul die aansluit op de neus van de voetstapel.

Afb. 7: pagina 348

 

Het is opvallend dat geen enkel Brits model is voorzien van de in Engeland zo populaire ingelegde messing plaatjes, die tot het duurdere segment behoorden. Daaruit kunnen we opmaken dat Wolff met een heel scala aan eenvoudige Britse modellen mikte op een grote afzet in plaats van exclusiviteit.

Het kinderschaatsje naar Brits model met de dubbele ijzers (4018) op blad 350 is mogelijk het oudste voorbeeld van een oefenmodel.

Afb. 8: Brits kinderschaatsje met dubbele ijzers

 

Nummer 4019 op dezelfde bladzijde is de enige skeleton skate. Ook deze geheel metalen schaats toont aan dat het staalboek van de firma Fritz Wolff uit Gräfrath bij Solingen stamt uit de periode dat de schaatsfabricage op de drempel stond van een ingrijpende omslag.

Afb. 9: skeleton skate

 

Engelse modellen wijken sterk af van Duitse
De Duitse modellen zijn allen (100 %) voorzien van een korte hak. Bij de Engelse modellen is de verhouding 3 : 14, d.w.z. dat 82 % is voorzien van een hak die tot onder of tot aan de achterkant van de hak doorloopt.

De Engelse puntschaatsen hebben aanmerkelijk lagere punten dan de Duitse!

Modellen met montuur
Op de laatste pagina treffen we de modellen met montuur, waaronder 4013 en 4014, prachtige damesschaatsen met voetkap. Nr. 4011 heeft drie riemgaten en een messing hakbakje, terwijl 4012 wel een wreefriem heeft, maar het zonder hakriem moet stellen.

Afb. 10: pagina 351

 



 

Musterbuch von Fritz Wolff in Gräfrath bei Solingen, Circa 1860-1870
Afbeeldingen van alle schaatsen

Collectie Deutsches Klingenmuseum, Solingen. MB: 44

 

Bronnen en referenties

Deutsches Klingenmuseum in Solingen; met speciale dank aan de heer Lutz Hoffmeister;

Grotkamp Schepers + Von der Haar – Vom Arkansas-messer zur Zirkelsäge / Solinger Musterbücher, 2000, p. 71-72;

Christoph Sandler - Handbuch der Leistungsfähigkeit der Gesammten Industrie des Preussischen Staates, 1873, p. 84. (Google books);

Esser – Remscheids Weg zur Schlittschuhschmiede der Welt, 1978, p. 68-69;

Amtsblatt für den Regierungsbezirk Köln: 1850, p. 237 (Google books).

Bovenkant van de pagina