Categorie | Schaatsenmaker |
Naam | Vries, Andries Jouke Albert de |
Geboren | ∗ Wergea / 14-11-1893 |
Overleden | † Leeuwarden / 13-5-1969 |
De vader van Andries de Vries is molenmaker/timmerman en is 34 jaar lang schaatshoutmaker bij de firma A.K. Hoekstra in Wergea geweest. Na de ambachtsschool en militaire dienst treedt ook Andries in 1917 in dienst bij A.K. Hoekstra in Wergea als schaatshoutmaker. In 1921 begint hij in Goutum zelf een timmerbedrijf, waar hij ’s winters schaatshouten maakt voor verschillende schaatsensmeden in Wergea. Omstreeks 1930 begint hij ook zelf complete schaatsen te monteren en onder eigen naam op de markt te brengen. Het is door de Kamer van Koophandel niet toegestaan de naam ‘A. de Vries, Warga’ te gebruiken. Wel stemt men in met het merk ‘A. de Vries van Warga’. Commercieel gezien is het gebruik van de plaatsnaam Warga veel interessanter dan die van Goutum.
De schaatsijzers worden verkregen op ruilbasis. De Wergeaster smeden P. Zwart, K. Meinderts en L. Lantinga leveren de ijzers en krijgen van Andries de Vries schaatshouten terug. Ook worden er wel houten geleverd aan J. Nooitgedagt in IJlst, de firma G.S.Ruiter in Akkrum, G.S. Ruiter in Bolsward, G.S. Ruiter in Huizum, E. Vonk in Oudeschoot, R. Nauta in IJlst en G.H. Nijdam in Oranjewoud. Zelfs voor smid Jan Faber op Schiermonnikoog zijn houten op de door hem gemaakte ijzers gezet. Het stukloon voor het maken van een paar schaatsen varieert van 27 tot 33 cent.
De schaatsen worden in de eerste plaats verkocht in Friesland. Via zijn broer Roel de Vries, die timmerman is in Amsterdam, worden ook De Vries-schaatsen in het westen op de markt gebracht. Verder verkoopt een andere broer, Berend de Vries, die pomp- en mastmaker is in Dokkum, de schaatsen in het noorden van Friesland. Andries de Vries maakt ook reclame voor het feit dat hij schaatsen repareert. Daar wordt veel gebruik van gemaakt.
Het hoogtepunt van de eigen schaatsenmakerij ligt in de jaren vlak voor de Tweede Wereldoorlog en in de oorlog. In deze periode helpt zijn zoon Albert (Goutum, 1923) mee, eerst vooral bij het lakken van de schaatsen, later als schaatshoutmaker. Hij werkt daarnaast ook wel bij A.K. Hoekstra in Wergea. Na de Tweede Wereldoorlog neemt de verkoop langzaam af. Zoon Albert wordt na zijn huwelijk in 1948 timmerman op Vlieland. Tijdens de strenge winter van 1949 is de vraag naar schaatsen zo groot, dat zoon Albert zeven weken lang naar de wal komt om zijn vader te helpen. Na 1950 worden nog voornamelijk houten gemaakt voor K. Meinderts in Wergea. Omstreeks 1953 wordt met het schaatsenmaken gestopt.
Van Glis tot Klapschaats (Wiebe Blauw), 2001
Aad van den Ouweelen, 2019 (advertenties)
Type schaats | Gangbare Friese modellen |
Vestigingsplaats | Goutum |
Periode | 1923 - 1953 |
Heeft u aanvullingen en/of wijzigingen in de op deze pagina geboden informatie? Of heeft u misschien foto’s of ander beeldmateriaal over dit onderwerp? Gebruik dan ons reactieformulier om ons uw informatie toe te sturen. We horen graag van u!
Informatie toesturenDo you have additions and/or changes to the information provided on this page? Or do you perhaps have photos or other images about this subject? Then use our response form to send us your information. We would like to hear from you!
Send information