N. Pronk Johz.

 

Nico Pronk Johz. (geboren: Warmenhuizen, 16-7-1903; overleden: Warmenhuizen, 27-2-1982)

Ook zijn broers Cees en Teeuwis waren uitstekende hardrijders. Hun vader was veearts. Nico was een rustige, verlegen jongen. Hij werd omschreven als “kort van stof maar krachtig van daad”. Hij had de bijnaam “Breidel”, naar de smit uit het Vlaamse epos van Stijn Streuvels.

Deelnemer aan het EK van 1928 en 1930. Hij deed nooit mee aan een Nederlands kampioenschap. Nadat hij in 1924 kampioen van Zuid Holland werd zag de NSB zijn talent en in 1928 en 1929 mocht hij met de KNSB ploeg naar Zwitserland om daar te trainen.

Actief als langebaan schaatser van 1922 tot 1933. Zijn schaatscarriere eindigde nadat hij zich had ingeschreven voor een wedstrijd in Schagen, op 31-1-1933. Hier werden geldprijzen uitbetaald en dat was voor de KNSB reden om alle deelnemers tot prof te verklaren en voor vijf jaar te schorsen. In 1946 reed hij nog één keer mee om de SIS bokaal in Warmenhuizen.

In 1929 deed hij, zonder enige ervaring op lange afstanden, mee aan de Elfstedentocht. Hij reed zelfs nog even aan kop, maar voor Franeker had hij een stuk omgereden en was de voorsprong verspeeld. Bij Harlingen staakte hij de strijd.

Woonplaats: Warmenhuizen

Bovenkant van de pagina